Skeeleren
Vorig jaar kreeg de 6-jarige skeelers voor zijn verjaardag. Echt een supercadeau. Dagen lang was dat het enige wat hij wilde doen. En ook het enige wat hij deed, want het was lockdown. En winter.
Als moeder heb ik al die uren in het speeltuintje op de hoek staan blauwbekken van de kou. Terwijl ik klaarstond om hem te troosten als het even niet naar wens ging, en om bemoedigend te knikken als hij zichtbaar vooruit was gegaan.
En vooral om ervoor te zorgen dat de peuter met zijn loopfiets niet over hem heen zou rijden als hij gevallen was.
IJspret
Toen hij het skeeleren wel aardig onder de knie had, werd het ineens koud. Echt winterweer. Voor het eerst in jaren lag er ijs op de sloot en kon er geschaatst worden. Via marktplaats had ik snel een paar hockeyschaatsen gevonden. Deze leken best op zijn skeelers en hij vond ze prachtig. Hij was klaar om het ijs op te gaan.
De eerste keer ging hij samen met papa. Na een meter of tien was het ijs toch iets gladder dan hij verwacht had en viel hij keihard op zijn hoofd. De wereld was te klein. Schaatsen was stom en hij wilde het nooooooit meer doen. Hij wilde zeker niet bij het ijs zijn en ook niet naar huis. Alles was stom.
Na een rustpauze thuis - en een gezonde schop onder zijn kont - gingen we het nog een keer proberen op een andere sloot. Hier waren een heleboel kindjes van zijn school. En die vielen nog vaker dan hij. Ineens vond hij dat hij het heel goed kon. Schaatsen was echt leuk en hij was niet meer van het ijs af te krijgen.
Schaatsles
Via onze BSO kun je de kinderen ook laten sporten. Ze brengen de kinderen naar zwemles of vechtsport bij mij (hulde!), of naar schaatsen. Omdat hij het vorig jaar zo naar zijn zin had op het ijs, leek het me een goed idee als hij dit seizoen schaatsles zou krijgen.
Omdat hij soms nogal heftig kan reageren, leek het me een goed idee om eerst een proefles te doen. Ik probeerde me in te lezen in wat je dan precies moet doen als ouder, en dat valt niet helemaal mee. Je moet schaatsen huren of kopen. Hij heeft een helm nodig en speciale snijvaste handschoenen. Schaatsen hebben we gehuurd, een helm van markplaats en voor een keertje kon hij ook gewone handschoenen aan.
Check – kind fysiek klaar voor een proefles.
De eerste les
Mentaal was het een grotere stap. Ik was vergeten dat onze held zichzelf erg in de weg kan zitten als hij iets spannend vindt. Naarmate de opening van het schaatsseizoen dichterbij kwam, werd hij steeds zenuwachtiger. Hij zat zich helemaal gek te maken van de spanning. ‘Stom!’, zei hij op was alles wat ik hem vroeg. En hij ging het écht níet doen. Echt niet. En zeker niet op een ijsbaan.
De juf van de BSO was op de hoogte en had beloofd om hem een beetje te begeleiden. Ze heeft engelengeduld en de 6-jarige luistert graag naar haar. Met haar hulp kwam hij in ieder geval aangekleed op het ijs.
Ik kon zelf vanaf halverwege de les kijken. Na even zoeken op de ijsbaan had ik hem gevonden. Ergens in het midden van de baan stond hij heel hard zijn best te doen op verschillende oefeningen.
Aan het eind van de les kwam hij stralend van het ijs. Het was fantastisch geweest. Hij kwam even gedag zeggen en wilde weer verder met de les, maar die was al afgelopen.
Inmiddels zit hij er echt op en telt hij de dagen af naar de eerstvolgende schaatsles.
Uitleg aan ouders
In de nieuwsbrief van de schaatsclub stonden wedstrijden aangekondigd. Leuk. Geen idee alleen voor wie, en hoe dat dan werkt?
Als wij op de sportschool judowedstrijdjes organiseren, krijg ik veel vragen van ouders. Is dat voor mijn kind? Heeft hij of zij wel genoeg ervaring? Gaat ie er niet keihard vanaf? Weten ze wel hoe het werkt? Heel logisch, maar wij begrijpen ook wel dat de gemiddelde 4-jarige iets minder handig is dan de judoka’s op de olympische spelen.
Als club hebben we onze wedstrijdjes daar ook op aangepast. Alle kinderen kunnen meedoen. Het is laagdrempelig en de bedoeling dat de kinderen leren van de ervaring. En zelfvertrouwen krijgen doordat ze op zichzelf aangewezen zijn, en succesvol deze hindernis nemen.
Om dat succes extra te stimuleren, maken we poules van drie kinderen. Er wordt écht gestreden om de winst. Het omgaan met winst en verlies is - zoals altijd en overal – lastig, vervelend en vooral leerzaam. Alleen is de pijn van korte duur, want zelfs als het dit keer niet gelukt is om een puntje te scoren, dan ben je nog steeds derde in je poule. En kun je naar huis met een bronzen medaille.
Als judojuf probeer ik zo duidelijk mogelijk aan de ouders uit te leggen wat we doen en waarom. Hoe we het zien, hoe we denken dat zoon of dochterlief dat gaat beleven en waarom we denken dat het wel - of juist geen - goed idee is om mee te doen. Dat kost best wat moeite, want het geheel is voor ouders soms erg moeilijk voor te stellen.
Moedergevoelens
Nu met de schaatswedstrijd begreep ik pas hoe de ouders bij ons op de club zich moeten voelen. Compleet overweldigd. Je krijgt allemaal informatie waarin alles op zich best duidelijk staat uitgelegd. Maar ik heb alles drie keer door gelezen en ik heb nog steeds het gevoel dat ik het niet begrijp.
Ik zit als een complete dummie in de schaats-groepsapp en moet bij alles vragen hoe of wat. Hoewel ik steeds heel vriendelijk antwoord krijg, snap ik het nog steeds niet helemaal. Op een gegeven moment voelt het ook gênant om dan nog een keer om uitleg te vragen, dus ik heb het maar zo gelaten.
Ineens kwam de officiële uitnodiging voor de wedstrijd. Of eigenlijk was dat een berichtje waarin stond dat alle kinderen op zaterdag 06.45 uur verwacht werden en een link om je – als het echt niet lukte – af te melden.
In plaats van sportdocent was ik alleen maar moeder. Ik zag wereldbekerwedstrijden schaatsen op tv en vroeg me af hoe mijn kind dat zou moeten doen. Weet hij waar hij heen moet? Moeten ze dan ook tegen elkaar? En begrijpt hij het spelletje? Compleet onredelijk. Ik had echt even nodig om me weer te herpakken.
Natuurlijk gaat het goed als mijn kind een schaatswedstrijd heeft. Ik moet gewoon niet zo zeuren en een beetje vertrouwen hebben in de schaatsclub, en in mijn kind. Die zitten er namelijk allemaal op, dus het komt vast goed.
Spannend
De wedstrijd kwam dichterbij en de 6-jarige was stik en stik zenuwachtig. Ik moest steeds opnieuw uitleggen wat hij moest doen, zodat hij zich goed kon voorbereiden. Zo goed en kwaad als het ging heb ik hem verteld hoe ik dacht dat het zou gaan. En dat hij bij twijfel gewoon een juf of meester moest vragen.
Zijn schaatsmeester had in de les kennelijk iets goeds gezegd, want ineens had hij er zin in. Het was heel spannend, maar wel leuk. En hij ging goed zijn best doen.
De dagen voor de wedstrijd schrok hij ’s morgens wakker omdat hij bang was dat hij zich verslapen had voor schaatsen. Hij wilde ook de drie dagen van te voren al vroeg naar bed, zodat de kans dat hij zich zou verslapen kleiner was. De spanning was enorm.
Ook op de sportschool zijn wedstrijden altijd enorm spannend. Het is ontzettend moeilijk om voor te stellen hoe het er aan toe gaat. Sommige kinderen krijgen er zelfs buikpijn van en slapen er slechter door.
Wat doen we ze aan? Vraag ik me dan wel eens af, maar als ik dan na de wedstrijden de uitgelaten en opgeluchte gezichten zie, dan weet ik weer waarom dit zo belangrijk is. En hoeveel zelfvertrouwen dat geeft. Hopelijk werkt dat bij schaatsen net zo.
D-Day
Het was zover. De 6 jarige had zijn tenue al aan en de rest van zijn spullen mee in zijn tas. Hij was er helemaal klaar voor. Zijn vader ging met hem mee. Er mocht geen publiek in de ijshal en ik moest zelf lesgeven op onze sportschool. Stoer en met rechte rug ging hij naar de schaatsbaan.
Zodra hij er was, ging hij warmschaatsen met andere kindjes. Zijn meester was er ook en hij zag er opgelucht uit. Toen hij aan de beurt was, deed hij gewoon wat hij moest doen: een rondje schaatsen op zijn allerhardst. En na een tijdje mocht hij nog een keer.
Dat was het voor deze wedstrijddag. Een paar van deze wedstrijden maken samen een cup. Dus binnenkort is er waarschijnlijk weer een wedstrijd. Helemaal leuk.
Hij had het ontzettend naar zijn zin gehad. Helemaal stralend van trots kwam hij vertellen dat hij heel hard een rondje geschaatst had. En later mocht hij nog een keer. Hij was niet gevallen en had heel goed zijn best gedaan. Hij ging écht hard.
Een hele mooie ervaring voor hem. En voor mij. Nog een paar keer en dan begrijpt deze judomoeder ook wat van de mooie schaatssport.
Helaas is er nu weer een lockdown. Alle schaatslessen en de volgende cupwedstrijden zijn tot groot verdriet van de 6-jarige afgelast. Gelukkig geniet hij nog steeds na van de laatste wedstrijden.
En voor nu hopen we dat er snel echte vrieskou aankomt, zodat hij lekker buiten het ijs op kan.
Commentaires